Na periode van krimp 2% groei voor Nederlandse industrie in 2025

Nederlandse industrie

Na twee moeizame jaren gaat de Nederlandse industrie in 2025 weer groeien. De export trekt aan en ook in het binnenland groeit de vraag door consumenten die geleidelijk hun geld weer laten rollen. Daarnaast zorgt hernieuwde voorraadopbouw voor productieprikkels. Ook zet het herstel op de mondiale halfgeleidermarkt door. Wel temperen de beperkte groei van de Europese afzetmarkten en de relatief hoge energieprijzen de industriële productiegroei in 2025 nog tot 2 procent. Komend van 3 procent krimp in 2024 vormt dit echter een duidelijke omslag, stelt ING Research in haar nieuwe Vooruitzicht Industrie.

Terwijl de Nederlandse industrie in 2021 en 2022 nog koploper in groei was binnen de eurozone, presteerde zij de afgelopen anderhalf jaar duidelijk minder sterk dan bijvoorbeeld de Franse en Spaanse industrie. Toch ligt de productie na een periode van stevige krimp nog altijd bijna 9 procent hoger dan begin 2021. Van de andere grote eurolanden heeft alleen Spanje sinds begin 2021 per saldo groei doorgemaakt (+1,5%). De Duitse industriële productie is met 8 procent gekrompen. De verschillen komen voornamelijk voort uit een andere samenstelling van de industrie. Ten opzichte van Duitsland kent Nederland een groot halfgeleidercluster en een kleine auto-industrie.

Sector goed gepositioneerd voor hernieuwde groei

Ten opzichte van Duitsland heeft Nederland ook een relatief grote voedingsindustrie, een sector die weinig conjunctuurgevoelig is. Nu ook de in Nederland relatief grote chemische industrie op korte termijn niet langer krimpt en de halfgeleidermarkt verder aantrekt, springen steeds meer seinen op groen voor 2025. De orderinstroom lijkt weer wat op gang te komen. Nieuwe orders liggen in de steeds belangrijkere machine-industrie voor het eerst in anderhalf jaar weer boven het langjarig gemiddelde en ook in de chemische industrie, een andere grote deelsector, is de weg naar boven duidelijk ingeslagen.

Productieverwachting voor komende maanden positief

Het ondernemerssentiment in de Nederlandse industrie verbetert mondjesmaat, maar wijst niet op een sterke opleving op korte termijn. Een geleidelijk groeipad ligt daardoor meer voor de hand. De index voor het producentenvertrouwen loopt sinds eind 2023 op. Deze was in augustus nog licht negatief, maar ligt wel op een niveau dat praktisch gelijk is aan het langjarig gemiddelde. De meer voorlopende inkoopmanagersindex is na een korte opleving weer teruggevallen tot 47.7, wat lichte krimp weerspiegelt. Daarentegen beweegt de verwachte bedrijvigheid zich al een tijdje de positieve kant op. Een meerderheid van de producenten verwacht de productie in de nabije toekomst op te schroeven.

Licht toenemende buitenlandse vraag verwacht

In 2023 kromp de wereldhandel en in haar kielzog ook de Nederlandse export en industriële productie. Ondanks een flinke dosis onzekerheid vanwege toenemend protectionisme, geopolitieke onrust en verkiezingen in de VS, toont de wereldhandel dit jaar veerkracht. De sterk op het buitenland georiënteerde industrie heeft daar profijt van. Toch zal de buitenlandse vraag zich op korte termijn vermoedelijk gematigd ontwikkelen. De economische groei in China valt tegen en de Amerikaanse groei vertraagt. De groei in de eurozone en het Verenigd Koninkrijk kunnen in 2025 iets hoger uitvallen dan dit jaar, maar van uitbundige groei zal ook hier vermoedelijk geen sprake zijn, meent ING.

Tegenwicht aan ondermaatse investeringen

Net als in de ons omringende landen verbetert de koopkracht van binnenlandse consumenten. Dit biedt in 2025 tegenwicht aan een ondermaatse investeringsgroei. De bezetting van industriële productiecapaciteit ligt in Nederland op het laagste niveau in vier jaar tijd, wat dit jaar – samen met een nog altijd relatief hoge rente – voor minder investeringen zorgt. Vooral machine- en apparatenbouwers en fabrikanten van transportmiddelen hebben daar last van. In 2025 trekken de investeringen in Nederland, mede door een lagere rente, naar verwachting weer wat aan, maar het totale investeringsniveau blijft volgens ING laag.

Technologische industrie groeit in 2025 weer

Het herstel op de mondiale chipmarkt zet door. Vooral de opkomst van AI stuwt de vraag. Makers van productiemachines en -apparatuur voor chips zien de vraag geleidelijk weer aantrekken. Hun klanten kennen lagere voorraadniveaus en een betere machinebezetting, waardoor de uitbreidingsvraag weer op gang komt. Ook machinefabrikanten ASML (foto) en ASM zien weer meer orders binnenkomen. Toeleveranciers in de metaalbewerking en makers van machineonderdelen profiteren mee, waardoor de technologische industrie in 2025 weer groeit.

Energie-intensieve basisindustrie herstelt maar moeizaam

Na een langdurige periode van krimp vanwege zeer hoge energieprijzen hebben energie-intensieve industrieën het dal deels achter zich gelaten. Een terugkeer naar oude productieniveaus laat echter nog op zich wachten. Vooral producenten van papier – en in mindere mate basismetaal en chemische producten – hebben enig herstel laten zien, terwijl in de bouwmaterialen- en kunststofindustrie de omslag nog moet inzetten. Naast de aanhoudend hoge energieprijzen beperkt ook de mondiale overcapaciteit het opwaartse potentieel vooral in de basismetaal en petrochemie. Alleen de bouwmaterialenindustrie heeft inmiddels weer duidelijk hogere verwachtingen van de nabije toekomst.