Fairphone schetst uitdagingen circulaire supply chain
Het produceren, terugnemen en refurbishen van circulaire producten vraagt om nieuwe manieren van supply chain planning. ‘Je moet voor tien jaar vooruit kunnen forecasten hoeveel er retour gaat komen en in welke kwaliteit. Dat is complex omdat je van toekomstige producten geen data hebt’, vertelt Lars Kooijmans, head of supply chain bij Fairphone. Hij deed z’n verhaal tijdens de Nationale Distributiedag die circulariteit als thema had.
Door Harm Beerens
Het was alweer de 35e editie van de Nationale Distributiedag. Deze wordt jaarlijks georganiseerd door Nederland Distributieland (NDL), de vereniging die buitenlandse bedrijven naar Nederland probeert te halen en waar voormalig VVD-minister Annemarie Jorritsma sinds 2023 de scepter zwaait. Het thema dit jaar was circulariteit. ‘We hebben het altijd over de supply chain, maar eigenlijk moeten we het over de supply circle hebben’, zei Jorritsma in haar welkomstwoord. ‘Het terughalen van producten aan het einde van hun levenscyclus wordt steeds belangrijker.’
Even later betrad keynote-spreker Lars Kooijmans van Fairphone het podium. Hij was uitgenodigd om te vertellen in hoeverre deze Nederlandse smartphone-producent erin slaagt een e-waste-neutraal product in de markt te zetten en wat daar vanuit supply chain-perspectief allemaal bij komt kijken.
E-waste terughalen uit Ghana
Fairphone maakt smartphones die makkelijk zijn te repareren en daardoor langer worden gebruikt. ‘Een telefoon die twee tot drie jaar langer meegaat, zorgt voor een reductie van de CO2-footprint van 30 procent’, stelt Kooijmans. Daarnaast roept Fairphone klanten ook op kapotte onderdelen en oude toestellen terug te sturen, zodat het bedrijf deze kan refurbishen of anderszins hergebruiken.
‘We kunnen niet afdwingen dat alle producten die wij maken bij ons terugkomen, maar we zorgen er wel voor dat de hoeveelheid die níet terugkomt wordt gecompenseerd door het recyclen van andere e-waste. Dit doen we bijvoorbeeld door inzamelingsacties op scholen of het terughalen van elektronisch afval uit stortplaatsen in bijvoorbeeld Ghana.’
Productielijn na jaar ontmanteld
Vanuit de EU komt er in de vorm van de zogenaamde WEEE-wetgeving steeds meer druk op hightech-producenten om hun elektronische apparaten net als Fairphone repareerbaar te maken. Eén van de gevolgen is dat bedrijven moeten bepalen hoeveel spare parts ze op voorraad gaan leggen, weet Kooijmans. ‘In ons geval worden apparaten en onderdelen op duurzame wijze in China geproduceerd, maar we kunnen onderdelen daarna niet eindeloos bijbestellen.’
In de smartphone-industrie is het volgens hem gebruikelijk dat een productielijn na bijvoorbeeld een jaar compleet wordt ontmanteld. ‘We kunnen dan nog één keer een bestelling voor spare parts plaatsen, maar dan houdt het op. Daarmee moeten we dan bijvoorbeeld wel tien jaar kunnen doen.’ Onderdelen of complete smartphones hier in Europa laten maken, is helaas nog niet mogelijk. Daarvoor ontbreekt de infrastructuur.
Retourstroom lastig te voorspellen
Wat het voor een e-waste-neutraal bedrijf als Fairphone extra uitdagend maakt, is dat er ook spare parts uit de retourstroom komen, van klanten die hun telefoons of onderdelen terugsturen. ‘Dit gaat nu nog niet om grote hoeveelheden, maar de verwachting is dat deze circulaire stroom flink gaat groeien. Om niet met voorraad te blijven zitten, moet je deze aantallen nauwkeurig kunnen voorspellen. Alles wat er terugkomt en wat we kunnen refurbishen, hoeven we dan niet meer in China te bestellen.’
Bedrijven hebben systemen nodig die deze demand en supply beter kunnen forecasten en optimaal op elkaar afstemmen. Kooijmans: ‘We genereren als bedrijf natuurlijk steeds meer data over bijvoorbeeld levensduur, terugstuurpercentage en kwaliteit van retouren. Dit zijn echter historische data, terwijl nieuwe smartphones steeds beter worden. Ik denk dat we hier met AI en andere geavanceerde technieken nog veel kunnen winnen.’