Containerrederij Maersk schrapt 10.000 banen

Het Deense A.P. Møller-Maersk, moederbedrijf van containerrederij en vrachtvervoerder Maersk, schrapt wereldwijd ruim 10.000 banen. Het is een reactie op de gedaalde vrachtprijzen, de afgenomen vraag naar containervervoer en de toegenomen concurrentie in de sector. De rederij hoopt met het massaontslag de kosten te drukken en de winstgevendheid te beschermen.

Maersk waarschuwde afgelopen zomer al dat het wereldwijde containervolume dit jaar sterker zal dalen dan gedacht. Door de afzwakkende wereldeconomie worden er minder goederen per schip vanuit Azië naar Europa en de Verenigde Staten vervoerd. Door de hoge inflatie kopen consumenten minder spullen en fabrikanten bouwen hun in de coronatijd opgebouwde voorraden eerst af alvorens weer nieuwe aan te leggen.

Kostenbesparing van 600 miljoen dollar

Inmiddels zijn bij de rederij al ongeveer 6500 banen geschrapt. Voor het eind van het jaar verdwijnen er nog eens 2500 arbeidsplaatsen, gevolgd door een extra duizend begin volgend jaar. Uiteindelijk wil Maersk het personeelsbestand in 2024 terug hebben gebracht tot onder de 100.000. Al met al verdwijnt daarmee zo’n 9 procent van de werknemers bij het bedrijf. Maersk verwacht dat de ontslagronde een kostenbesparing oplevert van 600 miljoen dollar. Daarnaast wordt ook het aantal investeringen teruggeschroefd.

Recordwinsten in coronatijd

Overigens boekte de containerrederij in 2021 en 2022 nog recordwinsten dankzij de grote vraag naar consumptiegoederen tijdens de coronapandemie. Die sterke vraag gecombineerd met het beperkte aanbod van vrachtschepen zorgde destijds voor een enorme stijging van de transportprijzen. In het derde kwartaal van dit jaar zag Maersk de omzet echter bijna halveren tot 12,1 miljard dollar. De nettowinst daalde van 8,9 miljard dollar in 2022 tot 521 miljoen dollar dit jaar.