Forse kostenstijging foodservicelogistiek in binnensteden

foodservicelogistiek

De kosten voor foodservicelogistiek nemen de komende jaren naar verwachting fors toe. Horecaondernemers doen er daarom verstandig aan eens goed na te denken over het aantal keren in de week dat zij zich laten beleveren. Dat blijkt uit het rapport ‘Foodservicelogistiek in dichtslibbende binnensteden’ van het FoodService Instituut Nederland (FSIN) en de Topsector Logistiek.

Nederland telt ruim 52.000 horecazaken die gemiddeld tot wel twaalf keer per week worden beleverd. Om binnensteden leefbaar te houden, hanteren gemeentelijke overheden venstertijden waarbinnen die leveringen moeten plaatsvinden. Uit duurzaamheidsoverwegingen komen er bovendien in steeds meer binnensteden zero-emissiezones; locaties dus waar alleen elektrische voertuigen mogen rijden.

De transitie naar elektrisch rijden zorgt – naast groeiende inwonersaantallen en toenemend toerisme – voor steeds meer vervoersbewegingen in steden. Elektrische voertuigen kunnen door hun gewicht namelijk minder lading meenemen dan voertuigen die rijden op fossiele brandstof. Ook de krappe venstertijden zorgen ervoor dat leveranciers en groothandels soms extra vervoer moeten inzetten om alle klanten op tijd te beleveren. Het FSIN verwacht dan ook dat de logistieke kosten de komende jaren als gevolg hiervan flink zullen stijgen.

Leveranciers, groothandels en logistiek dienstverleners staat hiermee een forse financiële uitdaging te wachten. Ze moeten niet alleen hun wagenpark vernieuwen – en elektrische voertuigen zijn flink duurder in aanschaf – maar bovendien zorgen voor voldoende oplaadcapaciteit. Dat de meeste gemeenten momenteel nog eigen beleid hanteren over bijvoorbeeld het instellen van zero-emissiezones en venstertijden, helpt daarbij ook al niet.

Andere manier van denken

Volgens het FSIN hebben horecaondernemers tot op heden weinig aandacht voor foodservicelogistiek en de kosten die dat met zich meebrengt. Dat zij uiteindelijk de prijs betalen voor toenemende logistieke kosten in de keten, realiseren zij zich onvoldoende, concludeert het instituut. Er zijn echter best kansen om deze kosten naar beneden te brengen, maar dat vraagt wel een andere manier van denken van horecaondernemers.

‘Nadenken over het aantal leveringen in de week was nooit een noodzaak voor horecaondernemers’, verklaart Anique Veldhuis-Grievink van het FSIN. ‘Tot laat in de avond bestellen en de volgende dag geleverd krijgen, is voor hen de normale gang van zaken. Een gang van zaken die bovendien helpt de derving goed onder controle te houden. Bovendien bieden groothandels het dagelijks leveren aan hun klanten als service aan, omdat de concurrentie in de markt zo groot is.’

Dief van de eigen portemonnee

De prikkel voor horecaondernemers om actie te ondernemen, ontbrak tot voor kort dus. Door de stijgende logistieke kosten, die ook worden doorberekend in de verkoopprijzen, verandert dat. Minder vaak leveren wordt langzamerhand noodzakelijk. ‘Dat vraagt een betere voorbereiding en organisatie en een andere werkwijze voor veel horecazaken’, aldus Veldhuis-Grievink. ‘Maar horecaondernemers zijn een dief van hun eigen portemonnee als ze hieraan geen aandacht schenken.’