CO2-efficiëntie Nederlandse industrie slechter dan van Europese concurrentie
De Nederlandse industrie presteert slechter op het gebied van CO2-efficiëntie dan haar Europese concurrenten. Tussen 2021 en 2023 nam bij de 282 industriële bedrijven die onder het Europese Emissiehandelssysteem (EU ETS) vallen de CO2-uitstoot per eenheid product toe. Dat meldt de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa). Het is een ontwikkeling die de concurrentiepositie van de Nederlandse industrie onder druk zet.
De NEa verzamelt jaarlijks emissie- en productiegegevens om toezicht te houden op de CO2-uitstoot van de industrie in Nederland. Op basis van deze gegevens stelt de autoriteit de CO2-efficiëntiecijfers op. Deze cijfers geven weer hoe de Nederlandse industrie presteert ten opzichte van de Europese benchmark. De grootste uitstoters van CO2 binnen de Nederlandse industrie nemen verplicht deel aan het EU ETS. Vorig jaar presteerden de Nederlandse industriële bedrijven 16,9 procent onder de benchmark. De CO2-efficiëntie is daarmee gemiddeld gedaald met 3,2 procentpunt in vergelijking met 2021.
Meerderheid verbetert CO2-efficiëntie
Er is gelukkig ook goed nieuws. Het grootste gedeelte van de bedrijven laat in 2023 een verbetering van de CO2-efficiëntie zien ten opzichte van 2021 (148 van de 282 installaties). Omdat vooral de grotere uitstoters, die het zwaarst wegen in het gemiddelde, slechter zijn gaan presteren, resulteert dit helaas toch in een negatief gemiddelde. De afgenomen gemiddelde efficiëntie over alle bedrijven samen is volgens de NEa te verklaren doordat bedrijven kennelijk hun fossiele energie-input niet flexibel genoeg hebben kunnen laten meebewegen met hun verminderde productie. Ook zijn enkele efficiënte installaties gestopt met hun activiteiten.
‘Eerder dit jaar maakten we melding van een recorddaling van de CO2-uitstoot in de industrie en de energiesector. De CO2-efficiëntiecijfers die we nu hebben, bevestigen wat we toen al vermoedden: de daling van de CO2-uitstoot in de industrie komt vooral door de lagere industriële productie en is maar beperkt het gevolg van verbeterde en schonere productiemethoden. Al zijn er gelukkig ook positieve uitzonderingen. 148 installaties hebben hun CO2-efficiëntie weten te verbeteren’, aldus Mark Bressers, directeur-bestuurder van de NEa.
Nederland staat voor grote opgave
De door Bressers aangehaalde recorddaling van de CO2-uitstoot is overigens vooral te danken aan de energiesector. ‘Niettemin tonen deze cijfers aan dat de industrie in Nederland – maar dat is iets dat we ook in andere Europese landen zien – voor een grote opgave staat. Het kabinet zet in het regeerprogramma in op groene groei. Deze nieuwe cijfers laten zien dat er nog flinke stappen gezet moeten worden om dit te bereiken en ervoor te zorgen dat de CO2-uitstoot verder kan dalen met behoud of zelfs groei van productiviteit. Innovatie en verbetering van de CO2-efficiëntie is daarvoor noodzakelijk’, benadrukt Bressers.