CBS-database brengt supply chains Nederlandse economie in kaart
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) ontwikkelt een database die de supply chains voor Nederlandse bedrijven in kaart brengt. ‘Productieketens spelen een grote rol in de Nederlandse economie en zijn tegelijkertijd kwetsbaar voor verstoringen. Meer inzicht in supply chains – in Nederland en uiteindelijk ook wereldwijd – zou een deel van deze problemen kunnen oplossen. Onze nieuwe experimentele database draagt daaraan bij’, meldt CBS-onderzoeker Gert Buiten.
In de afgelopen tien jaar zijn de supply chains steeds langer geworden en dat maakt ze kwetsbaarder. Buiten: ‘Dat zagen we bijvoorbeeld na de stremming van het Suezkanaal door een vastgelopen schip in 2021. Het leidde tot lege schappen in Nederland. Hetzelfde gebeurde ook tijdens de coronacrisis, toen het moeilijk bleek om bepaalde productieketens snel op te schalen om te kunnen voldoen aan de gestegen vraag naar medicatie en mondkapjes.’ Daarnaast zorgen geopolitieke ontwikkelingen ervoor dat productieketens onder druk staan, bijvoorbeeld omdat landen alleen aan bevriende landen willen leveren.
Netwerkeffecten bestuderen
In de officiële statistiek van het CBS was al aandacht voor supply chains, maar alleen op het niveau van bedrijfstakken. ‘Op basis daarvan kan met een input-outputanalyse bijvoorbeeld afgeleid worden hoe een verandering in consumptie in één bedrijfstak doorwerkt naar andere delen van de economie. Maar ook één bedrijf in een keten kan een grote invloed hebben op de economie’, zegt Buiten. Daarom wordt de laatste jaren ook gekeken naar productienetwerken op bedrijfsniveau. Het CBS brengt die analyses samen in één statistisch bestand.
Buiten wijst erop dat in complexe netwerken kleine veranderingen grote gevolgen kunnen hebben, negatief maar ook positief. Een voorbeeld van een negatief effect was in Japan te zien, waar een klein bedrijf geraakt werd bij een aardbeving. Buiten: ‘Het bedrijf maakte rubberringetjes van een paar cent, maar dit onderdeel was essentieel voor de Japanse auto-industrie. Die kwam na de aardbeving tijdelijk tot stilstand. In het kader van bijvoorbeeld de energietransitie is het juist een uitdaging om te onderzoeken welke kleine aanpassingen grote positieve effecten kunnen opleveren.’
De kracht van de database
De nieuwe database bestaat uit een lijst die geanonimiseerd beschrijft welk soort bedrijf welk product aan welk ander bedrijf levert, en zo verder. ‘Zo rijg je data als kraaltjes aan elkaar. Onze database is in de kern heel simpel. De kracht zit hem in de analyses die je ermee kunt maken’, aldus Buiten. In de CBS-publicatie ‘Supply chain-netwerken in de Nederlandse economie’ is daarvan een aantal voorbeelden opgenomen.
Het schema hiernaast representeert de hele Nederlandse economie. Buiten: ‘Je ziet dat 50 procent van de productie direct van begin- naar eindpunt stroomt. Een derde van de productie vindt plaats via tussenstops. Dat zijn de langere supply chains. In die tussenstops bevindt zich veel industrie, maar bijvoorbeeld ook diensten die nodig zijn om tot een eindproduct te komen. Een algemene conclusie van deze eerste publicatie is dat de indeling in begin-, tussen- en eindpunten in de productieketen leidt tot een dieper inzicht over hoe het binnenlandse productienetwerk functioneert.’
Data-infrastructuur voor beleidsmakers
De supply chain-database is geanonimiseerd en in een beveiligde omgeving beschikbaar voor onderzoekers van bijvoorbeeld universiteiten en planbureaus. Zij kunnen analyses uitvoeren op de data en onderzoeken hoe een ‘schok’ in de productie zich verplaatst door het netwerk. Maar ook welke slimme keuzes er te maken zijn bij het verduurzamen van de keten. Of wat er gedaan kan worden om de economie in een bepaalde regio robuuster te maken. ‘We proberen een data-infrastructuur neer te zetten waar beleidsmakers op kunnen bouwen en waar onderzoekers gedetailleerde onderzoeksvragen mee kunnen beantwoorden’, aldus Buiten.
Verrijken van de database
De experimentele database bevat informatie over de Nederlandse economie en de bedrijven die hier gevestigd zijn. ‘Maar dit is alleen nog maar het begin’, zegt Buiten. ‘We zijn nu aan het onderzoeken hoe we de database kunnen verrijken met informatie over in- en uitvoer. Daarna zullen we een koppeling moeten maken met geaggregeerde data wereldwijd. Dan worden de mogelijke analyses nog krachtiger.’ De data over 2018 zijn nu beschikbaar. Later dit jaar volgen de jaren 2019 en 2020 en kort daarna 2021. ‘De jaren 2020 en 2021 zijn interessant vanwege de effecten van de coronacrisis. Tegen die tijd is de experimentele fase van de database ook voorbij en kunnen we de informatie gaan inzetten voor onze officiële statistieken.’
Netwerktheorie fascinerend
De netwerktheorie is fascinerend, aldus Buiten. ‘De wereld is ‘‘vernetwerkt’’. Hoe maken we die complexe werkelijkheid hanteerbaar? Hoe identificeren we de problemen en kansen? Als CBS zijn we ervan overtuigd dat dit soort databases helpt om grip te krijgen op de complexe problemen waar de samenleving voor staat, op het gebied van de energietransitie, maar ook op het gebied van regionale problemen en afhankelijkheden die ontstaan doordat we heel veel willen in een kleine ruimte.’